In Indonesië is zowel het maken van batik, de patronen die gebruikt worden én het dragen ervan vastgelegd als ‘Intangible Cultural Heritage’ (immaterieel cultureel erfgoed). Batik is in eerste instantie een techniek, en daarnaast ook een patroon. Op Java en andere Indonesische eilanden heeft elke regio specifieke patronen en kleuren. Op Java droeg elke bevolkingsgroep batik, maar wel op een eigen manier. De batiks werden gemaakt door en voor specifieke groepen, van vorsten tot nieuwkomers. Zo hadden de vorsten van Java hun eigen batikwerkplaatsen binnen de muren van de kraton, hun paleizen. Ook buiten Java, in Sumatra en wat we nu als Singapore en Maleisië kennen werd batik van Java gedragen.
Wat betekenen de batikmotieven?
Batik is wereldwijd geliefd en wordt door iedereen gedragen - of toch niet door iedereen? Wat betekenen de batikmotieven en wat vertellen die over de makers en de dragers van batik? Beeldend kunstenaar en batikonderzoeker Sabine Bolk vertelt hierover in dit wereldverhaal. In 2009 en 2016 bezocht ze Java om de batiktechniek te documenteren. Ze publiceert en blogt veelvuldig over batik. Sabine zet zich in voor het behoud van batik en werkt daarvoor samen met batikmakers in Java, onderzoekers, ontwerpers, kunstenaars en andere batikfans.
Auteur: Sabine Bolk | Klik op de afbeeldingen voor het fotobijschrift.
Elke regio eigen patronen
Motieven
Patronen vertellen samen met het kleurgebruik iets over de herkomst van een batik. Te zien is waar het gemaakt is, maar dragers kunnen er ook mee verwijzen naar hun roots. Je kunt de batik lezen als een soort landkaart, waarop staat aangegeven welke planten en dieren er voorkomen. Het kan uitleg geven over welke broodwinning er belangrijk is, zoals bijvoorbeeld visserij of rijstteelt.
Afbeelding rechtsboven: Heupdoek (sarong) met geschubde slangenlijven, zeilschepen, vissers in boten, planten, kwallen, zeekoeien, kreeften, roggen, brasems, zeeslangen, garnalen en watervogels. Semarang (Noordkust Java), Eind 19de eeuw/ of ca. 1870-1890. Gemaakt met waspen, maker onbekend. (WM-24851)
Op deze heupdoek (sarong) zijn Chinese mythische dieren afgebeeld die geluk, vruchtbaarheid en welvaart brengen: een gevlekt luipaard en een draak. Waarschijnlijk was het een huwelijkscadeau voor een welgestelde Peranakan bruid. Cirebon (West-Java), 1860-1860-1875. Gemaakt met waspen en verfraaid met prada - vloeibaar goudstof. (RV-Liefkes-655)
Alleen voor de vorsten
Er zijn zelfs patronen die alleen bestemd waren voor vorsten. Deze ‘verboden’ motieven, Larangan, zijn goed herkenbaar door het repeterend design. Binnen de kraton, het vorstendom, kregen familieleden hun eigen versie van het Parang- of Kawung motief. Het Parang motief is een symbool dat lijkt op een parang, een mes. Het is meestal wit of licht van kleur en staat diagonaal in schuine banen op de stof. Kawung is opgebouwd uit vier cirkels of ovalen, die herhaald worden op de stof. Kawung lijkt op de opengesneden vrucht van de suikerpalm, maar wordt ook vaak met een kompasroos - de vier windrichtingen - vergeleken. Parang en Kawung staan beide symbool voor balans, beheersing en daadkracht: eigenschappen die nodig werden geacht om macht op de juiste manier uit te oefenen.
De vorsten en adellijke families droegen en dragen alleen de donkerbruin-blauwe, sogan kleurige, batik uit Yogyakarta en Solo. Ook de regent (bupati) van een regentschap (provincie) en zijn familie droegen deze batiks met de typerende herhalende geometrische, abstracte patronen. Tegenwoordig worden Larangan motieven door iedereen gedragen en worden ze door bijna alle batikkerijen gemaakt. Parang Rusak, gebroken mes, is een van de meest gedragen patronen op Java en waarschijnlijk het meest bekende motief buiten Indonesië.
Voor speciale gelegenheden
Batiks worden ook gemaakt en gebruikt voor speciale gelegenheden, vaak op bestelling. Daardoor heeft zowel de maker als de drager grote invloed op het ontwerp. Naast specifieke patronen die per regio verschillen, zijn er ook patronen voor specifieke rituelen en levensfases zoals geboorten, huwelijken en begrafenissen. Een slendang bijvoorbeeld is een schouderdoek die als draagdoek dient voor baby’s. Deze heeft vaak speciale beschermende motieven zoals Gringsing of Lokcan.
Gringsing bestaat uit kleine halve cirkels met een stipje erin. Het lijkt op schubben of kikkerdril. Gringsing is een achtergrondmotief, isen-isen, oftewel vulmotief. Dit houdt in dat het gebruikt wordt op de achtergrond bij een batik ontwerp. Het dragen van Gringsing zou beschermen tegen ziekte.
Lokcan verwijst oorspronkelijk eigenlijk naar het type textiel waarop de batik gemaakt werd, zijde, maar verwijst nu naar een specifiek motief. Het motief bestaat uit planten die over de doek omhoog lijken te groeien met daartussen verstopt allerlei dieren, vogels en insecten. Lokcan staat symbool voor leven en groei.
Een populair huwelijksmotief is de lotusbloem, in de vorm van een soort ‘levensboom’ of waar watervogels, vaak als paartje, doorheen waden. De lotus die vanuit de modder groeit en bloeit staat symbool voor het overwinnen van tegenslagen. Vaak dient de batik waarin getrouwd is, ook als kledingstuk om in begraven te worden.
Laten zien wie je bent
Een batik laat niet alleen zien uit welke regio de maker en/of drager komt en voor welke gelegenheid de doek gemaakt is, maar ook tot welke bevolkingsgroep de maker en drager behoren of welk geloof zij aanhangen.
In boeken wordt vaak geschreven dat bepaalde kleuren en motieven bij bepaalde groepen horen. Dat is deels waar, maar er werd ook gewoon gedragen wat men mooi vond en, niet onbelangrijk, kon veroorloven. Batik was bij uitstek een middel om te laten zien hoe welgesteld je was.
Heupdoek (sarong) met een waterscene: vliegende vogels, kraanvogels, water en waterplanten (o.a. lotus en papyrus), en bogen met kantrand, bloemenkransen en boeketjes van narcissen en rozen. Gemaakt door J. Jans (Adelheid Johanna Paulina Veenstra-Jans), ca. 1900, Pekalongan. Batik van Jans was enorm bekend en populair.
Er is nog steeds een duidelijk verschil te zien in patronen die gemaakt zijn door en voor Peranakan Chinezen, Islamitische Javanen, of vorstenfamilies. Wel is het zo dat de ongeschreven draagregels minder nauw gevolgd worden en dat batikkerijen patronen onderling overnemen.
- Wil je weten hoe batik eigenlijk gemaakt wordt met was, verfstof, een waspen of een batikstempel lees dan het andere wereldverhaal van Sabine Bolk.
- Batik was in Nederland bijzonder populair in de Art Nouveau periode. DIY batikken werd begin 20e eeuw een rage door de methode Krijnen. Wil je hier meer over weten lees meer in dit wereldverhaal.
Wil je batik in het museum bewonderen dan kan dat in de semi-permanente tentoonstelling ‘Kruispunt Rotterdam’ in het Wereldmuseum.